De magnifieke bolchrysanten zijn geweldige bloeiers die graag op een lichte plek buiten staan

Ze horen er ieder jaar absoluut bij: de prachtige bolchrysanten. Fantastische herfstbloeiers die bolle struikjes. Ze zijn maandenlang letterlijk overdekt met bloemen. En geen gedoe met inplanten of verpotten. Zet ze gewoon in hun kweekpot ergens neer: altijd geweldig kleurrijk. Door bijna niets te evenaren. En wil je die kweekpot niet zien, zet die dan in een bijpassende sierpot met drainagegat. Dan staat hij bovendien steviger. GroenRijk biedt ook wat potten betreft keuze genoeg. Bolchrysanten bloeien aan één stuk door. Je kunt ze op het terras, het balkon, of op een speciale plek in je tuin zetten. Zet ze vooral goed in het zicht. Succes gegarandeerd. Bolchrysanten zijn ook altijd uiterst welkom als cadeau; met zo’n plant kun je bij iedereen aankomen. Zelfs bij bloemenliefhebbers zonder groene vingers, want de verzorging is kinderlijk eenvoudig. Van een bolchrysant heb je echt maandenlang plezier. De planten bloeien uitbundig door tot de vorst er in de herfst een eind aan maakt. Bolchrysanten zijn overigens niet altijd alleen maar bol: ze worden ook wel op stam gekweekt of de kwekers hebben ze een piramidevorm gegeven. Het kan allemaal en bij GroenRijk is keuze te over!

Al duizenden jaren uiterst geliefd

Al 500 jaar voor onze jaartelling werden er chrysanten geteeld. Eerst in China, meer dan 1000 jaar later ook in Japan en pas sinds de 17e eeuw in Europa. Vooral in Engeland en Frankrijk werd het meteen een geliefde bloem. Tegenwoordig worden chrysanten overal ter wereld in gigantische verscheidenheid geteeld.

Alle chrysanten zijn composieten: iedere bloem bestaat uit een groot aantal kleine bloempjes. Er bestaan enkelbloemige en dubbelbloemige chrysanten. De laatste hebben veel meer bloemblaadjes. De bloemkleuren zijn vooral paars, rood, oranje, roze, geel en wit. Nog iets: sinds het (over)grote geslacht Chrysanthemum werd opgedeeld in een aantal aparte geslachten, behoren bolchrysanten tot het geslacht Dendranthema. Ze vormen daarin een eigen soort: Dendranthema indicum.

Uiterst eenvoudige verzorging

Zet een bolchrysant op een lichte plek buiten. Voeding geven mag je vergeten. Controleer wel regelmatig even of de potgrond nog vochtig is, ook tijdens regenachtig weer. Dat klinkt misschien gek, maar vaak is de buitenste bloemenlaag zo vol en gesloten dat regenwater langs de buitenkant van die bloemenbol wegstroomt en dus niet in de pot bij de wortels terecht komt. Dan kan de plant dus alsnog verdrogen en dat moet je voorkomen.

Te veel koude regen of gietwater op de bloemen kan de bloemen laten ‘smetten’. Ze kunnen dan verbruinen. Geef daarom altijd water op de potgrond en niet op de bloemen. Als je dat doet, zul je ook merken dat het soms niet maar één plant in een pot is, vaak is het een zogenaamde ‘toef’ (dan heeft de kweker een aantal planten bij elkaar in een pot gezet, die samen de bloeiende bol vormen). Dat hangt af van het gebruikte bolchrysantenras, ook van de kweker en zelfs van de kweekwijze. Er zijn namelijk bolchrysanten die in de kas zijn opgekweekt en andere die uit de buitenteelt komen. GroenRijk biedt nu een prachtig assortiment aan met verschillende bloemvormen (groot en klein, gevuld en enkel) en keuze uit heel veel kleuren. Het gaat om forse planten (hoogte tot 50 cm) die in grote 19 cm-potten groeien: gezonde planten van hoge kwaliteit.

Ze willen graag licht en niet te koud staan

Dat is eigenlijk vreemd, want bolchrysanten zijn zogenaamde kortedagplanten. Ze bloeien als de dagen korter worden, dus in de herfst als er iedere dag iets minder licht is. Bolchrysanten kunnen niet tegen vorst. Zelfs temperaturen dicht bij het vriespunt vinden ze al afschuwelijk. Zet ze dus tijdelijk even binnen op een koele, lichte plek binnen als er lage temperaturen of nachtvorst zijn voorspeld. Dan heb je nog veel langer plezier van je planten dan je anders al zou hebben. Een temperatuur binnen van zo’n 15 °C is prima. De planten bloeien dan gewoon door. Bolchrysanten zijn in principe vaste planten, maar het is heel lastig om ze goed de winter door te krijgen. Daarom worden ze eenjarig gekweekt. Bovendien zullen ze in een volgend jaar minder goed bloeien. GroenRijk adviseert dan ook om van je planten te genieten zolang ze bloeien (de komende maanden dus!) en volgend jaar gewoon nieuwe te kopen.

Chrysanten zijn in Oost-Azië heilige bloemen

De Chinezen telen (zie boven) al bijna 2500 jaar (twee-en-een-half-duizend jaar!) chrysanten. Het is er zelfs dé nationale bloem. Bij de Koreanen en Japanners is het niet veel anders: daar is de heilige chrysant absoluut onmisbaar bij allerlei tempelceremonies en andere plechtige of feestelijke gebeurtenissen. De naam chrysant betekent ‘goud-bloem’. De geur verdrijft insecten. De sappen werken sterk antiseptisch (ontsmettend). In Oost-Azië wordt de chrysant als een van de geneeskrachtigste kruiden beschouwd die de natuur daar heeft opgeleverd. Hij geldt er bovendien (misschien juist daarom) als symbool voor (en het wensen van) een lang leven. Wat kun je nu mooier geven (of krijgen) dan zo’n cadeau!

TIP

Zet je je bolchrysant in hun kweekpot in een leuke bijpassende overpot, zorg dan wel dat daar een drainagegat onderin zit. GroenRijk heeft ook op pottengebied een ruime keuze!

In kort bestek

Chrysanten zijn al enkele duizenden jaren in cultuur. Een van de mooiste vormen van deze rijke herfstbloeier is de bolchrysant. GroenRijk biedt ze nu in een enorm scala aan bloemvormen en kleuren aan. De planten bloeien maandenlang door (tot de vorst er een eind aan maakt). De verzorging is uiterst eenvoudig: zet ze op een lichte plek op je terras of balkon en laat de potgrond niet uitdrogen. Bescherm je bolchrysant ook tegen koude regen. 

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Door zijn intens blauwe kleur en de mooie klokvormige bloemen laat de gentiaan ons wegdromen over alpenweides, de plek waar hij van nature groeit. Het assortiment gentiaan is flink ontwikkeld en er komen witte, roze, blauwe en tweekleurige variëteiten in voor. Een prachtige vaste plant voor in potten of in de volle grond. 

Gentiaan

Het assortiment gentiaan (Gentiana) valt op door zijn compacte groei en rijke doorbloei. Vanaf juli tot en met oktober staat deze plant te pronken. Vooral de blauwe kleur is bij de gentiaan flink doorontwikkeld, met hemelsblauwe, licht- en donkerblauwe en paarsblauwe variëteiten. Van oorsprong komt de gentiaan uit de bergstreken van het noordelijk halfrond en de Andes. Maar naast de bekende blauwe kleuren is het assortiment laatste jaren verder ontwikkelt er komen witte, roze, gestreepte en tweekleurige variëteiten in voor.

Wist je dat?

De naam gentiaan is ontleend aan Gentius, koning van Illyrië, die de genezende eigenschappen ontdekt zou hebben. De wortels van enkele soorten worden gebruikt voor de bereiding van likeur (Suze), voor het bittermiddel ‘amarum’, als geneesmiddel en als eetlustopwekkend middel.

Verzorging gentiaan

Gentiaan houdt van een plekje in de volle zon tot halfschaduw. Qua grond stelt de plant wel wat bijzondere eisen. Een vochthoudende, beetje schrale grond is belangrijk, dat heeft de plant in het wild ook. Veel soorten vragen ook een kalkhoudende en goed doorlatende grond. Een mengsel van zand, klei, potgrond en steenslag kunt u goed zelf maken voor gentianen in potten. Let er vooral bij vorst op dat de grond niet verzadigd is met water. De wortels zouden dan kapot kunnen vriezen. Dek gentianen dus af, maar zorg er wel voor dat de aarde goed kan doorluchten.

Help de gentiaan de winter door

De gentiaan is goed winterhard en zal in de winter bovengronds afsterven en ondergronds in rust blijven. Om de plant gezond en bloeirijk te houden is het belangrijk om hem met rust te laten. Lekker op zijn plekje laten staan dus. Geef in het voorjaar wat plantenmest om de bloei te bevorderen en u heeft jaren plezier van deze bijzondere planten!

De Hebe Addenda^®  is een groenblijvende struik die tot eind oktober bloeit met paarse bloemen

De zomer lijkt langer met Hebe. De planten met de merknaam Hebe Adddenda® zijn fantastisch bloeiende, zuidelijk ogende heestertjes (ook struikveronica’s genoemd) voor een liefst koele, beschutte plek op je balkon of terras of in je border. Het zijn makkelijk te verzorgen, groenblijvende dwergstruikjes die GroenRijk nu gekweekt in 15 cm-potten aanbiedt. Absolute topkwaliteit! De planten worden tot maximaal 70 cm hoog en vormen mooi, fijn, volgroen blad.

Hebe’s zijn vooral fraai en langdurig bloeiende bladheestertjes. De bloemen verschijnen in grote aantallen in vrij dikke, fijngevormde, cilindervormige aren aan de twijgeinden. Ook bijen zijn er gek op. Hebe’s zijn echte bijenplanten. Goed voor de natuur en prachtig in je tuin!

Uit Nieuw-Zeeland

Uit de wilde natuur zijn meer dan honderd verschillende soorten bekend zijn. Ze stammen bijna allemaal uit Nieuw-Zeeland, dus van ‘down under’. Naast tientallen echte soorten worden uit dit plantengeslacht prachtige cultivars (door de kwekers gemaakte kruisingsproducten) aangeboden. Die worden natuurlijk niet uit Nieuw-Zeeland geïmporteerd, maar hier gekweekt door gespecialiseerde kwekers. Een van de mooiste is de opvallend paars bloeiende cultivar uit de speciale Hebe Addenda®-serie die GroenRijk nu aanbiedt.

Oergezond en wintergroen

Hebe’s die met de merknaam Hebe Addenda® worden aangeboden zijn gegarandeerd ziektevrij en van hoge kwaliteit. De lange, dikke bloemtrossen zijn dicht bezet met fijne bloempjes. De trossen zelf doen een beetje aan flessenragers denken. De enorm lange  bloeiperiode loopt bij Hebe Addenda® van juli tot ver in oktober, vaak nog tot begin november als het weer het toelaat. Meestal maakt de vorst een eind aan de bloei van de planten die je nu bloeiend koopt. De planten zijn allemaal wintergroen en zijn in zachte winters (zonder strenge vorst) goed over te houden. Je kunt dan jarenlang plezier van je Hebe Addenda® hebben. Als het echt gaat vriezen kun je exemplaren die in een pot of bak groeien, op een koele, lichte vorstvrije plek laten overwinteren. Dan niet vergeten water te geven! Bij deze groenblijvende planten gaat de verdamping via het blad namelijk ook ’s winters gewoon door.

Verzorging

Je kunt je Hebe Addenda® na aanschaf op een lichte plek in huis zetten. Dan kun je er daar van genieten. Hij bloeit dan wel wat korter: vier tot zes weken. Maar eigenlijk zijn het buitenplanten. Ze houden van een niet te warme omgeving. De hele dag in de volle zon is niet goed voor ze. Zet ze op een lichte, liefst beschutte plek in je tuin of op je balkon of terras. Een plek met oost- of westzon is

het meest ideaal. Zet  je Hebe Addenda® buiten in een bijpassende sierpot (met drainagegat!) op het terras, op een tafel of in een plantenbak op het balkon, maar je kunt hem ook in de volle grond in je tuin planten.

Geef je Hebe Addenda^® die in pot groeit – als hij bloeit – eenmaal per week vloeibare voeding in het gietwater. Eenmaal per twee à drie weken een vaste meststof (voor balkon- en kuipplanten) geven kan ook. Het kalkhoudende beendermeel is ook prima als voedingsstof voor deze planten. Als je helemaal van de voedingszorg af wilt, kun je ook langdurig werkende voedingssticks, -pijltjes of -pillen bij de wortels in de potgrond duwen. Die middelen geven de voeding vrij als de plant erom vraagt. Ideaal. GroenRijk heeft ze voor je.

Zorg dat de (pot)grond niet uitdroogt. Een eenvoudige watergeefregel is: als de grond nog vochtig aanvoelt, hoef je geen water te geven. Voelt de grond droog aan, dan wel wat water geven. Overtollig water moet weg kunnen. Dus zet je Hebe Addenda® niet in een van onderen gesloten sierpot. Er moet een drainagegat onderin zitten. Is die er niet, boor dan een gat in de potbodem. Hebe houdt niet van langdurig ‘natte voeten’. Hoe warmer het is, des te vaker zul je water moeten geven.

De uitgebloeide bloemen van Hebe verdrogen en zien er dan niet mooi meer uit. Die kun je beter regelmatig wegknippen. De plant bloeit dan ook (nog) langer door. Door vorst aangetaste Hebe’s kun je in het voorjaar snoeien. Maar snoei niet te diep en zeker niet tot in verhoute delen van de twijgen. Anders lopen die – net zoals bij heide – niet meer uit.

Er zijn ook andere Hebe’s

De natuurlijke variatie is zelfs groot. Niet alleen in soorten, maar ook in bloeikleuren. Leuk is dat er bij de verschillende soorten een samenhang is tussen de maat van de bladeren en die van de bloemen: hoe groter de bladeren des te groter ook de bloemen. Bij typen met kleinere blaadjes zijn dat er veel meer per plant en krijg je ook meer (maar kleinere) bloemen. De grootbladige typen zijn wat vorstgevoeliger dan de kleinbladige. De cultivar van Hebe Addenda® die GroenRijk nu aanbiedt, behoort tot het kleinbladige type.

TIP

Hebe’s verdragen relatief veel zoute lucht. Ze zijn daardoor ook ideaal in tuinen en op balkons in de kuststrook.

In kort bestek

Hebe’s met de merknaam Addenda® zijn rijk bloeiende, groenblijvende heestertjes. Zet ze in pot op terras of balkon of  in de volle grond van de tuin. Ze bloeien van juli tot begin november met dikke trossen bloemen. GroenRijk heeft ze nu prachtig paarsbloeiend. Met wat winterbescherming kun je ze overhouden. Dan bloeien ze ieder jaar opnieuw. Een koele plek, een beetje zon, water en wat voeding is alles wat ze vragen. En ze verdragen zoute lucht.

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Deze prachtige struikheide bloeit lange tijd met drie kleuren in één pot

Iedereen kent de ‘gewone’ struikheide (Calluna vulgaris) die de heidevelden paars kleurt, maar het kan nog mooier. Er zijn speciale kweekvormen uit ontwikkeld die ‘knopbloeiers’ worden genoemd. Dat zijn struikheideplanten waarbij de bloemknoppen niet helemaal opengaan. Dat komt ook bij de wilde planten voor. De bloemen behouden dan hun knopvorm, maar ze kleuren net zo mooi als de heidebloempjes die wel helemaal opengaan. Ze kunnen daardoor niet worden bestoven door insecten. Maar daar wachten de bloemen wel op. Daardoor ‘bloeien’ knopbloeiers veel langer door en kunnen wij veel langer van hun kleur genieten. Het betekent wel dat knopbloeiende heideplanten niet uit zaad kunnen worden vermeerderd, want dit type heideplanten kan geen zaad vormen. De kwekers moeten deze planten dus altijd uit stek vermeerderen. Door die enorm lange knop-bloeiperiode behoren knopbloeiende heideplanten tot de beste opvolgers van de zomerbloeiers in je tuin, op je terras of op je balkon. Daar kunnen weinig andere planten tegenop. Deze week heeft GroenRijk deze planten als zogenaamde ‘toeven’ voor je klaar staan: liefst drie planten uit de rijk bloeiende Garden Girls-serie met verschillende bloemkleuren in één grote pot: paars, roze en zilverwit. Een prachtig ‘Trio’ dus en zo heet de combinatie ook.

Ze bloeien zeker acht weken lang (en vaak veel langer)

De Garden Girls struikheidecombinatie ‘Trio’ bestaat uit drie mooie, sterke planten met een opgaande groeivorm, dus niet breed uithangend. Je kunt ze in hun kweekpot  (12 cm doorsnee) in een mooie overpot op je terras of balkon zetten, of ze in een terraspot overplanten (GroenRijk heeft pottenkeuze genoeg), of ze zelfs in de volle grond van je tuin planten. Daar kunnen ze jarenlang groeien. Lekker in de zon of in lichte schaduw. In wat zwaardere schaduw staan ze niet graag.  Maar de ‘Trio’ is bewust als decoratieve combinatie gekweekt. De planten zijn bij elkaar in hun pot opgegroeid. Haal ze daarom niet uit elkaar. Dan is het effect weg en je beschadigt de wortels. Het zijn meerjarige heestertjes waar je volgende jaren ook weer plezier van kunt hebben. Deze planten zijn namelijk winterhard genoeg om onze winters makkelijk te kunnen doorstaan. Zorg wel dat je ze (in tuin, pot of bak) in zure grond plant als je ze verplant. In zogenaamde heideplantengrond dus. GroenRijk heeft dat type grond voor je in voorraad. Of meng een flinke hoeveelheid tuinturf door de grond waarin je ze eventueel overplant. Alle struikheides hebben moeite met kalk in de grond.  Kalk  maakt het lastiger voor ze om voedsel uit de grond op te nemen. Het groene blad kan dan geel kleuren (chlorose) en de gezondheid van de planten gaat zienderogen  achteruit. Snoei je planten in maart om ze gezond en mooi van vorm te houden. Snoei er dan af wat er in een jaar is bijgegroeid. Het komt er in feite op neer dat je dan de oude bloeiwijzen wegsnoeit. Geef je ‘Trio’ na de snoeibeurt een goede organische bemesting, bijvoorbeeld compost of gedroogde koemestkorrels.

Nooit bemesten met stoffen waar kalk in zit, zoals beendermeel of vismeel. Struikheide ‘Trio’ verdraagt wel wat droogte, maar je kunt het beste zorgen dat de wortelkluit nooit helemaal uitdroogt. Dan gaat het goed. De grond waarin ze groeien, moet wel goed doorlatend zijn. Dat is vooral ’s winters van belang, omdat de wortels kunnen wegrotten in grond die te lang nat blijft. Overigens is je ‘Trio’, zoals gezegd, zeer winterhard.

Heel natuurlijk

Dat ‘knopbloeien’ is geen effect dat kwekers hebben ‘gemaakt’, het komt – dat noemden we al – ook bij de wilde Calluna’s voor. Alleen is het daarbij uitzondering en dat blijft het in de natuur ook omdat dit verschijnsel uiteraard de voortplanting in de weg staat. Kwekers zoeken juist dit soort verschijnselen op om speciaal door te kweken. Zo is het ook met de knopbloeiers gegaan. Al enkele jaren worden er in Europa miljoenen exemplaren met groot succes van gekweekt en verkocht. De knopbloeiende Calluna-lijn (de Garden Girls) waar de ‘Trio’ uit is samengesteld, werd in Noord-Duitsland ontwikkeld. De planten vallen onder kweekrechtbescherming en worden door speciaal gelicentieerde kwekers vermeerderd. Men is volop bezig steeds nieuwe rassen te ontwikkelen met nog meer nieuwe eigenschappen, waarbij aandacht voor kleur van blad en bloemen voorop staat. 

TIP

Zet je knopbloeiende struikheide ‘Trio’ op een opvallende plek (bijv. in een mooie sierpot) om er optimaal van te kunnen genieten. 

In kort bestek

Calluna vulgaris ‘Trio’ is een struikheidecombinatie  met drie verschillend gekleurde zogenaamde ‘knopbloeiers’ in één pot: de talloze roze, paarse en zilverwitte knoppen tonen volop kleur, maar bloeien niet verder open. Juist daardoor behouden ze hun kleur maandenlang! Deze sterke, winterharde heestertjes houden van zure grond en zijn heel makkelijk te verzorgen. Voor pot, tuin, balkon en terras. Meerjarig. Nu bij GroenRijk.

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

De zonnehoed (Echinacea purpurea) is een vaste plant die zeer rijk bloeit van juli tot en met september

Deze prachtige vaste planten, met de Nederlandse naam zonnehoed, hebben de wetenschappelijke naam Echinacea (van Echinus = zee-egel) vanwege de stekelige, droge stroschubben die de plant in het verhoogde hart van zijn bloemen vormt. Het geslacht Echinacea telt negen soorten. Ze stammen allemaal uit de Noord-Amerikaanse prairies. Het zijn niet alleen schitterende borderplanten, maar de verschillende soorten worden ook al duizenden jaren door de Noord-Amerikaanse Indianen als sterk geneeskrachtig kruid toegepast. De planten bevatten veel stoffen die ons immuunsysteem versterken. Een van de mooiste soorten is Echinacea purpurea, de roze of rode zonnehoed, die ook nog wel Rudbeckia wordt genoemd (omdat ze er een beetje op lijken), maar Rudbeckia’s hebben gele bloemen. Bij de wilde rode zonnehoed zijn ze rozerood, maar er zijn inmiddels tal van cultivars met andere bloemkleuren. Die biedt GroenRijk speciaal deze week extra voordelig aan.

Wie in juli-augustus door de prairies in het oosten van de USA rijdt, kan Echinacea purpurea (de roze of rode zonnehoed) al van verre zien bloeien. Het is de hoogste van de wilde soorten (90 cm tot soms zelfs 1,5 m hoog). In je tuin kun je zowel de echte soort als cultivars van die soort met verschillende bloemkleuren toepassen. Een tweede bekende soort is Echinacea angustifolia (smalbladige zonnehoed) die van North Dakota tot Texas in het wild groeit. Uit de wortels van deze soort – die niet hoger wordt dan 50 cm – maakt A. vogel het bekende natuurlijke geneesmiddel tegen verkoudheid Echinaforce. Een derde, veel gebruikte soort die sterk op de vorige lijkt, is E. pallida (de bleke zonnehoed). Ze vormen allemaal grote, margrietachtige bloemen met bolle, verhoogde, geelbruine tot roodbruine harten (die bestaan uit talloze mini-bloempjes met de stroschubben ertussen) met daar omheen de gekleurde, iets afhangende bloemblaadjes die de bestuivende insecten moeten lokken. Alle Echinacea purpurea-cultivars hebben geel stuifmeel, bij andere soorten is het soms wit.

Bekende zonnehoedcultivars

Echinacea purpurea ‘Sundown’ bloeit diep oranje tot rozerood, de nieuwe ‘Tiki Torch’ helder oranje. ‘Alba’ heeft zuiverwitte bloemen. ‘White Swan’ heeft ook witte bloemen, maar bovendien witgevlekte bladeren (beide hebben een oranjebruin hart). ‘Leuchtstern’ en de sterke ‘Magnus’ hebben met purperrode bloemen en opvallende, bolle, bruine harten (kegels). Er zijn ook (vrij zeldzame) cultivars met groene harten, zoals ‘Green Heart’. ‘Harvest Moon’ heeft gele bloemen (je zou denken dat het een Rudbeckia is). ‘Augustkönigin’ bloeit donkerroze met donkere bloemen, maar ‘Rubinstern’ is de donkerste. Er zijn ook cultivars met sterk gevulde bloemen, zoals de roze ‘Eccentric’’. ‘Mistral’ is een echt buitenbeentje. Niet vanwege de prachtige, grote, zachtroze bloemen met hun goudbruine hart, maar vanwege de maat van deze planten. Niet-bloeiend maar 30 cm en bloeiend  maximaal 50 cm hoog. De bloemen van al deze cultivars worden druk door vlinders en hommels bezocht. Het zijn ook goede snijbloemen. De meeste cultivars worden 70-90 cm hoog.

Mooie combinaties met Echinacea

Echinacea’s zijn uitstekend solitair toe te passen, maar in groepen geplant nog indrukwekkender. De rozerode kleur van de bloemen past heel goed bij de bladkleur van de rode pruikenboom (een struik): Cotinus coggygria ‘Royal Purple’. Mooie prairie-achtige combinaties zijn ook te maken met (blauwe) kogeldistel (Echinops), alpendistel (Eryngium alpinum), zonnebloemen (Helianthus), guldenroede (Solidago), roze gipskruid (Gypsophila ‘Rosenschleier’), ijzerhard (Verbena), koninginnenkruid (Eupatorium) en de wat eerder bloeiende ruit (Thalictrum). Siergrassen horen er natuurlijk ook bij.

Verzorging

Alle Echinacea’s houden van voedzame, diep losse, goed doorlatende grond die wel iets vocht moet vasthouden. Kleiïge of lemige grond is het meest ideaal. Zorg bij zandgrond voor voldoende humus in de grond en mulch met compost rond de planten. Dat voedt de grond en gaat sterke verdroging tegen. Plant zonnehoeden op een plek in de volle zon, dan bloeien ze het rijkst. Overigens verdragen ze lichte schaduw wel. Als je een  groepje Echinacea’s plant, kun je een onderlinge afstand van 40 cm aanhouden of plant er 9 per vierkante meter.

Nog een paar dingen

Echinacea’s groeien recht omhoog met sterke, iets behaarde stengels. Ze vormen hun bloemen aan de einden daarvan. Het blad onderaan de stengels is anders gevormd (eirond) dan de bladeren erboven (spits-langwerpig). Er zijn cultivars met getand en met gaafrandig blad. Wat je niet ziet zijn de geneeskrachtige stoffen die Echinacea’s bevatten. De meeste worden uit de wortels gewonnen, maar ook in de bloemen, stengels en bladeren zitten stoffen zoals die bijvoorbeeld tegen infecties beschermen (polysacchariden), flavonoïden (sterke antioxidanten), polyacetylenen die bacteriën en schimmels doden, en nog veel meer stoffen die – mits op de juiste manier toegepast – de gezondheid bevorderen. Er wordt druk onderzoek naar deze stoffen gedaan en er worden steeds meer nieuwe medicijnen uit ontwikkeld. Ga nooit zelf dokteren, ook niet met zulke fantastische planten als Echinacea. We noemen dit omdat er steeds meer over wordt gepubliceerd op de social media. 

TIP

Laat uitgebloeide zonnehoedstengels gewoon staan, want de bloeiresten zijn nog heel lang decoratief.

In kort bestek

Bij GroenRijk wachten prachtige vaste planten op je: zonnehoeden (Echinacea purpurea) met allerlei bloemkleuren.  Ideaal voor een rijk bloeiende border of prairietuin. Echinacea´s bloeien van juli t/m september met grote, kleurige bloemhoofden met opvallende, goud- tot roodbruine, kegelvormige harten. Plant ze in de volle zon en in goed doorlatende, voedzame grond. Ook uitstekende snij- en vlinderbloemen! 

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Last van snurken koop een ananasplant voor op de slaapkamer! Als iemand ’s nachts behoorlijk snurkt, kan dat heel hinderlijk zijn, niet zo zeer voor de ‘boosdoener’ zelf, maar vooral voor diens huisgenoten. En als je niet goed geslapen hebt, begin je de dag bepaald niet fris en fruitig. Maar wat blijkt? De mooie ananasplant, een Bromeliasoort, schijnt anti-snurk te werken.

De ananasplant werkt luchtwegverwijdend

In de medische wetenschap staat de ananasplant bekend om zijn geneeskrachtige eigenschappen. Die worden toegeschreven aan het enzym bromeliane, een zeer sterke ontstekingsremmer. Bovendien verspreidt de plant ’s avonds een geur die luchtwegverwijdend werkt. Voor botanisten is de ananasplant bijzonder omdat die ’s nachts zuurstof afgeeft in plaats van overdag. Dus je moet deze mooie sierananas niet opeten, maar gewoon een mooi plekje geven in de slaapkamer van de snurker.

Andere gezonde kamerplanten naast de ananasplant

De meeste mensen weten wel dat groene planten in huis goed voor je zijn, alleen al omdat ze voor een ontspannen, rustgevende sfeer zorgen. Daarnaast zijn er planten die ook nog eens luchtzuiverend werken. Ideaal voor mensen met astma of andere longaandoeningen of mensen die op kantoor last hebben van het ‘sick building’-syndroom. Sceptici kunnen gerust zijn: niemand minder dan ruimteorganisatie NASA heeft onderzoek gedaan naar planten die afgesloten ruimten voorzien van schone lucht en zuurstof en die giftige stoffen in de lucht afbreken. Hierbij NASA’s top vier:

1.  Areca palm: Dit is een topper op het gebied van het aanmaken van zuurstof. Bovendien breekt hij formaldehyde af. Voor 100% pure lucht heb je er in een kamer drie per persoon nodig, maar met één van deze planten verbeter je de luchtkwaliteit ook al aanzienlijk.
2. Sansevieria: De plant die ook wel ‘vrouwentongen’ wordt genoemd had lange tijd een ouderwets imago, maar is weer helemaal terug van weggeweest. Een oersterke plant die makkelijk in het onderhoud is en bovendien benzeen, trichlooretheen en formaldehyde afbreekt.
3. Scindapsus: De Scindapsus of Epipremnum krijgt mooie groene ranken en past helemaal in de trend van hangende planten en jungle-achtige interieurs. Ook deze haalt veel schadelijke stoffen uit de lucht. Waarschijnlijk wat minder bekend, maar zou daarom niet minder geliefd moeten zijn.
4. Gerbera : De enige vrolijke bloeier in de top vier van de NASA. Een vaas met gerbera’s of een gerbera in pot breekt ook zowel benzeen, trichlooretheen en formaldehyde af.

Kom dus naar GroenRijk Prinsenbeek voor een ananasplant als je de (nacht)rust in huis en of de productiviteit op kantoor wilt verhogen.

Ballonbloemen zijn fascinerende, prachtig bloeiende vaste planten

De Nederlandse naam voor het vasteplantengeslacht Platycodon is ballonbloem of ballonklokje en dat terwijl de naam Platycodon eigenlijk ‘plat klokje’ betekent. Dat lijkt een tegenstelling, maar is het niet. De plant heeft namelijk iets heel bijzonders: als de stervormige bloemen bloeien zijn dat inderdaad platte klokjes, maar in knop zijn het net ballonnetjes. Die zijn dik opgezwollen en gevuld met lucht. Waarom dat zo is, weet niemand. Een verklaring zou kunnen zijn dat die lucht een isolerende, beschermende functie heeft. Deze plant is trouwens ook om andere redenen bijzonder. Het is een van de weinige geslachten waarvan maar één soort bekend is: Platycodon grandiflorus, ofwel het platte klokje met de grote bloemen. Om de een of andere reden doet deze plant, als hij bloeit, veel mensen aan gentianen denken, maar hij is ingedeeld bij de familie van de klokjesbloemen, de Campanulaceae. Of dat juist is, moet genetisch nog worden vastgesteld.

Uit Japan en Noord-China

Deze niet-wintergroene vaste plant groeit in de natuur op de noordelijke eilanden van Japan en in Noord-China op grazige, open berghellingen, waar de omstandigheden wel iets weg hebben van laaggelegen Alpenweiden. Zon en wind hebben er vrij spel en er grazen wilde dieren. De wilde soort Platycodon heeft grote blauwe bloemen en wordt bloeiend ca. 70 cm hoog. Meestal tellen de bloemen vijf bloemblaadjes, maar soms ook vier. Het ovaal-langwerpige blad heeft een wat blauwige of grijsachtig groene kleur en het is aan de randen gezaagd. De bladstand verschilt sterk. Aan één plant kunnen de bladeren per twee tegenover elkaar staan (gepaard), maar de bladeren staan ook wel in kransen en wat hoger aan de bloemstengels zelfs verspreid. De planten zijn dus heel variabel. Ze bloeien in juni-augustus en ze komen heel laat in het voorjaar pas boven de grond. Dat is logisch als je weet hoe koud het dan in Noord-China nog kan zijn. Dus er hoeft niets aan de hand te zijn als er half mei nog geen leven aan de plant te zien is. De dikke, vlezige penwortel waarin de plant zich in het najaar terug trekt, bewaart het leven zorgvuldig tot de omstandigheden goed genoeg zijn om weer uit te lopen.

Die penwortel is tevens de reden dat wat oudere planten zich moeilijk laten verplanten. De meeste gewassen met een penwortel houden daar niet van. De jonge exemplaren die GroenRijk voor je heeft, zijn in potjes gekweekt. Die kun je met kluitje en al probleemloos planten. Als je een groep Platycodon’s wilt planten, wordt aangeraden er 11 per m2 te planten.

Diverse cultivars

Er zijn diverse cultivars in de handel, die geen van alle even hoog worden als de oorspronkelijke, wilde soort. Ze halen hooguit 60 cm. Ze bloeien wel allemaal in dezelfde periode (juni-augustus) en hebben bijna allemaal ongeveer dezelfde kenmerken. Platycodon grandiflorus ‘Albus’ bloeit wit (met lichtblauwe aders), ‘Mariesii’ licht lilablauw,  ‘Pink Star’ roze, ‘Misato Purple’ paars. De cultivar ‘Perlmutterschale’ (‘Mother of Pearl’, paarlemoer roze) wijkt heel weinig af van ‘Shell Pink’ (deze rassen zouden zelfs  identiek kunnen zijn). Een duidelijke afwijkeling is ‘Sentimental Blue’ die hemelsblauwe bloemen heeft, maar slechts 15 cm hoog wordt, de violetblauwe cultivar ‘Apoyama’ haalt de 20 cm. ‘Double Blue’ en ‘Double White’ hebben gevulde (dubbele) bloemen. De cultivars met voldoende steellengte geven uitstekende snijbloemen. GroenRijk heeft de mooiste voor je uitgezocht. 

Makkelijke verzorging

Plant Platycodon in voedzame, goed doorlatende en diep losse grond (de penwortel moet goed naar beneden kunnen uitgroeien). Kies een zonnige groeiplek (niet in de schaduw van bomen of struiken) en laat de planten met rust als je ze eenmaal hebt geplant. Schoon het afgestorven loof in het voorjaar op. Geef tijdens langdurig droge periodes voldoende water en in het voorjaar een goede, organische basisbemesting. Voor de rest is het alleen maar genieten van de prachtige bloemen van deze planten. Ze zijn vooral mooi in groepen of gecombineerd met andere vaste planten. Ballonbloemen/ballonklokjes vormen een nette pol en woekeren niet. Maar als je ze in een groepje met tussenruimtes van ca. 30 cm plant, zullen ze een mooie, gesloten groep vormen. Ze doen het ook goed in plantenbakken, mits op een zonnige plek en als je ervoor zorgt dat de potgrond niet uitdroogt.

TIP

Platycodon is in de border uitstekend te combineren met soorten zoals de bloedrode ooievaarsbek (Geranium sanguineum), marjolein (Origanum), ganzenbloem (Potentilla ‘Gibson’s Scarlet’), lage teunisbloemen (Oenothera macrocarpa) en lage siergrassen.

In kort bestek

Ballonbloemen (ook ballonklokjes genoemd; Platycodon) zijn schitterend bloeiende (juni-augustus) vaste planten met grijsachtig blauwgroen blad en grote, vrij platte klokjesbloemen in blauwe, roze of witte tinten. In knop lijken de bloemen op ronde, opgeblazen ballonnetjes. Platycodon’s groeien graag in diep losse, goed doorlatende, voedzame grond in zon tot lichte schaduw. Nu bij GroenRijk.

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

In september staat de Bolchrysant in de spotlights op de Tuinplant van de Maand kalender van Bloemenbureau Holland.

De zomer raakt ten einde, de dagen worden korter; de periode dat Bolchrysanten stralen. De plant reageert namelijk op deze kortere dagen door knoppen aan te leggen en vervolgens zó rijk te bloeien, dat het blad er helemaal onder schuil gaat. De mooie bollen vol bloemen schitteren wekenlang en geven zo nog meer glans aan de nazomer.

Bolchrysant

Chrysant, eeuwenlang al een bekende bloem. De laatste decennia ook steeds populairder als tuinplant. De naam chrysanthemum wil zeggen ‘gouden bloem’. Het is een samenstelling van de Griekse woorden chrysos = goud en anthemon = bloem. Veel soorten zijn dan ook geel van kleur, maar de plant is er ook in herfsttinten als oranje, rood en bruin of roze, lila en wit. De diameter van de chrysanten kan variëren van enkele decimeters tot wel 60-80 cm. Er zijn enkel- en dubbelbloemige variëteiten, maar ook chrysanten met spatelvormige of spinvormige bloemblaadjes. Enorm veel keuze dus!

Ontwikkelingen

De consument kan steeds langer genieten van bolchrysanten. Door juiste veredeling worden de soorten steeds sterker en bloeien ze langer door. 4 tot 8 weken houdbaarheid is geen uitzondering meer!

Veredelaars werken hard aan vernieuwing en verbetering. Op het gebied van houdbaarheid en kleuren; ook anticiperen ze op trends. Voorbeelden daarvan zijn o.a. Skyfall® van Royal van Zanten, o.a. voor hanging baskets en flowerbags en de Primo Pistache van Gediflora met een frisse groene kleur.

Kwekers hebben het aanbod uitgebreid; naast de traditionele potmaat 19 komt er ook steeds meer P12 en P15 beschikbaar.

Verzorging

Een bolchrysant is een gemakkelijke plant die doorbloeit van augustus tot november.

• De ideale temperatuur tijdens transport van bolchrysanten is 10 tot 15ºC.
• Verwijder de eventuele verpakking en plaats de plant in een pot naar keuze.
• Op een lichte standplaats in de halfschaduw tot volle zon zal de plant veranderen in een kleurrijke bol.
• Regelmatig water geven en de potkluit nooit laten uitdrogen zorgt voor wekenlang plezier. Bij zonnig weer dagelijks water geven! Door de grote bol komt het regenwater niet altijd op de kluit terecht, regelmatig even checken dus!
• Een rijk bloeiende plant vraagt om extra energie, geef de bolchrysant dan ook om de twee weken wat plantenvoeding.
• Door regelmatig uitgebloeide bloemetjes weg te halen geniet u nog langer van de Tuinplant van de Maand september!

Snoei en bewaartips bolchrysant

Een chrysant is niet winterhard! Nadat de bolchrysant is uitgebloeid kunt u de plant volgend jaar opnieuw in bloei krijgen. Zet de chrysant voor de vorst op een koele maar vorstvrije plek en knip hem in het vroege voorjaar helemaal terug tot enkele centimeters boven de grond. In maart-april kan de plant weer naar buiten en zal bij dagen langer dan 12 uur stengels en blaadjes vormen. Wanneer de dagen dan korter worden zal de bolchrysant weer opnieuw bloeien. Die moeite kunt u zich ook besparen, door volgend jaar weer mooie, frisse, nieuwe bolchrysanten te kopen.

Op zoek naar iets exotisch en imposants? Met Alocasia verandert elk interieur in een Aziatische oase met een vleugje mysterie. 

Tropische superster 

Theatraal, een beetje geheimzinnig en ontegenzeggelijk een persoonlijkheid: Alocasia (olifantsoor) zie je niet snel over het hoofd. Het is een sierlijke plant die meteen opvalt door de grote hartvormige bladeren die 20 tot 90 cm lang kunnen zijn en schitterende nerven en tekeningen kunnen hebben. Er is een soort met spikkels op de stengels, een exemplaar met golvend lang en gekleurd blad en een compacte voor wie niet zoveel ruimte heeft, maar toch een stukje Azië in huis wil. 

Yin & Yang 

Het grote formaat van Alocasia in combinatie met de hartvormige bladeren maakt er een plant van die zowel een mannelijke als een vrouwelijke uitstraling heeft. Daarmee past hij prima in de huidige woontrend waarin evenwicht een hoofdrol speelt in het interieur. Niet teveel decoratie, enkele blikvangers, balans tussen natuurlijk en kunststof materiaal, planten essentieel verbindend element. Trek je deze stijl door, dan zet je een groene reus als Alocasia in een pot met zachte kleuren of een lief patroontje, voor het beoogde stijleffect.

Jumbobladen 

Hoe meer bladoppervlak een plant heeft, hoe meer zuurstof hij kan produceren. Dat maakt Alocasia met zijn enorme bladeren een topproducent in O2 die zo zijn steentje bijdraagt aan een prettig binnenklimaat. 

Verzorging Alocasia 

• Alocasia staat graag licht en ruim, zodat hij zijn bladeren goed kan ontvouwen.
• Laat de potgrond niet opdrogen, Alocasia is een stevige drinker die houdt van een licht vochtige kluit. 
• In zomer twee keer per maand wat plantenvoeding geven, in de winter volstaat eens per maand. 
• Af en toe onder de douche of in een zomerse bui afspoelen vindt Alocasia heerlijk. 
• Als tropische regenwoudbewoner houdt hij van vochtige lucht: de sierpot in een fraaie schaal met water zetten dat om hem heen verdampt, vindt Alocasia geweldig en staat nog mooi ook.
• Als het onderste blad minder mooi wordt, snij je het 4 cm van de basis af. Dit bevordert de groei van nieuw blad. 

Tropische paraplu 

Alocasia hoort bij de Araceae familie en is inheems in tropisch en subtropisch Azië en Oost-Australië. Er zijn 79 soorten van bekend, uit fossiele resten valt op te maken dat hij in ieder geval in de prehistorie al op aarde groeide. De bladeren worden er vaak gebruikt als alternatieve paraplu tijdens een hoosbui: zowel mensen als dieren mogen er graag onder schuilen en ter plekke worden de zetmeelrijke wortelstokken ook wel gegeten. 

Trivia Alocasia 

• Een bloeiend Alocasia – er komt dan een bloeikolf tevoorschijn – is vaak een teken dat het niet goed gaat met de plant. Om de energie van de plant te sparen, kun je de bloem beter weghalen. 
• De plant is sinds de jaren vijftig een populaire woonplant en kan met de juiste verzorging samen oud met je worden. 
• In Azië staat de plant bekend als 'de grote beschermer' en ook binnen heeft Alocasia een heel geruststellende en rustgevende uitstraling, door de grote bladeren. 

Woonplant van de maand

Alocasia is Woonplant van september 2017. De 'Woonplant van de maand’ is een initiatief van het Bloemenbureau. Maandelijks kiest het Bloemenbureau in overleg met vertegenwoordigers uit de sierteeltsector een plant die het opvallend goed doet bij de consument, of juist (nog) niet zo bekend is, maar wel potentie heeft om het goed te doen in de woonkamer. 

Geef je bosviolen regelmatig water en ze zullen lang en rijk bloeien

In één koop twee handige draagtrays met elk zes potjes rijk bloeiende bosviolen in op elkaar afgestemde bloemkleuren! Bijvoorbeeld licht- en donkerblauw met geel. Jonge planten waar je heel lang plezier aan zult beleven! Ze blaken van gezondheid en bosviolen hebben altijd iets bijzonders en vertederends. Bosviolen zijn speciaal gekweekte violen. Leuke, lage (15 cm), zeer rijk bloeiende, wintergroene planten met hartvormige blaadjes met iets gekartelde randen. Boven dat blad verschijnen de kleine viooltjes met hun sprekende hartjes in flinke aantallen. De planten bloeien bovendien enorm lang door. Zeker als je ze regelmatig water geeft en de uitgebloeide bloempjes wegknipt. Zo’n traytje bosviolen – met handig draaghengsel – is ook een leuk cadeau voor familie en vrienden!

Zet ze licht, maar niet in de volle zon

Bosviolen houden niet van fel, direct zonlicht. Een lichte tot iets beschaduwde plek buiten (maar binnen kan ook) is het beste. Ze hebben maar weinig verzorging nodig. Bosviolen kunnen buiten goed tegen niet al te best weer, als het maar niet té lang nat blijft. Een teveel aan water moet weg kunnen. De drainage van de grond of de pot waar ze in groeien, moet goed zijn. Bosviolen verdragen zelfs enkele graden nachtvorst. Als het harder gaat vriezen, kun je ze – als je ze buiten in een pot laat groeien – even op een koele plek binnen zetten tot het weer beter wordt (’s winters zijn er vorstvrije periodes genoeg). Maar ook in de volle grond van je tuin kunnen ze goed overleven. Alleen stoppen ze dan even met bloeien als het vriest.

Plant je je bosviolen binnen in een leuke pot (ook die vind je bij GroenRijk in overvloed), geef ze dan in een matig warme ruimte één keer per week water. Doe daar wel wat plantenvoeding in. Kies voor je bosviolen voeding voor bloeiende planten. GroenRijk heeft ook dat voor je in voorraad. Als het in de kamer erg warm is, wat vaker water geven, maar houd het wel bij éénmaal plantenvoeding per week. Deze bosviolen kunnen maandenlang doorbloeien. Zeker als je de uitgebloeide bloempjes regelmatig weg knipt, zal de stroom nieuwe bloempjes die ontstaan, enorm lang blijven doorgaan.

Wat ‘bosviolen’ eigenlijk zijn

De bosviolen die GroenRijk nu aanbiedt, zijn hybriden (kruisingsproducten) met een genetische afstamming van verschillende soorten violen. Heel belangrijk daarbij zijn de hoornviooltjes (Viola cornuta) die als kenmerk een ‘hoorn’ (cornutus) aan de achterkant van het onderste (hangende) bloemblaadje hebben. Daar kun je die afstamming aan herkennen. Hoornviooltjes komen oorspronkelijk uit de Pyreneeën. Er is enorm veel mee gekruist en dat gebeurt nog steeds. Daardoor is er een uitgebreide Viola Cornuta Groep van violenrassen ontstaan, waar de bosviolen dus bij horen. Bosviolen worden meestal op kleur verkocht. Er zijn wel rasnamen, maar die worden veel minder vermeld en gebruikt. Met de kleurrijke rassen die GroenRijk nu aanbiedt, kun je prachtige combinaties maken! Haal ze uit hun kweekpotjes en plant ze in een leuke, pot, schaal of mand in normale standaard potgrond. Het zijn groenblijvende plantjes.

Onder de honderden verschillende soorten wilde violen bestaat overigens een echte soort – dus geen hybride) die ook bosviool wordt genoemd: dat is Viola silvestris die in heel West-Europa in de bossen voorkomt en die bloeit met warmblauwe bloemen (blauw waar iets rood in zit).

Bosviolen zijn meerjarig

Het zijn in principe vaste, blijvende planten. Je kunt planten die binnen hebben gestaan daarom als ze zijn uitgebloeid gerust in de volle grond van je tuin planten en er nog jaren plezier van hebben. Maar zorg dan wel dat die binnenplanten eerst even aan de omstandigheden buiten kunnen wennen. Je moet ze  – zoals dat heet – afharden. Dat lukt door planten uit je kamer in het voorjaar (bijv. in april) eerst een weekje bij mooi weer overdag buiten te zetten en ze ’s avonds weer binnen te halen. Als daarna nog een vorstvrije periode volgt (ook ’s nachts) zijn ze voldoende ‘afgehard’ om definitief buiten verder te groeien. Ook lichte nachtvorst kunnen ze dan hebben. Zorg wel dat ze de winter daarop niet in lang nat blijvende grond staan, anders kunnen de wortels wegrotten.

In de tuin bloeien de planten zo’n volgend jaar meestal van mei tot september. De vroege (of late) bloei van de planten die je nu koopt wordt bereikt door kwekerskunde. Door allerlei maatregelen en de juiste rassenkeuze is de bloeiperiode van veel planten namelijk te manipuleren.

TIP

Heel leuk: de bloemen van  bosviolen zijn eetbaar. Je kunt de kleurrijke bloempjes dus letterlijk door de sla mengen. Maar puur als garnering staan ze ook heel vrolijk. Het proberen waard! De bloempjes smaken lekker friszoet.

In kort bestek

Bosviolen zijn vrolijke, kleurrijk bloeiende violen die tot de groep hoornviooltjes (Viola Cornuta Groep) behoren. GroenRijk biedt ze nu super voordelig aan: twee handige draagtrays (met elk zes plantjes) in één koop. Ze bloeien maandenlang door. In de tuin, maar ook in de kamer! Zet ze in een leuke pot of bak. Je kunt ze vervolgens in het voorjaar in je tuin planten, want ze zijn meerjarig. Geef regelmatig water en eens per week wat plantenvoeding. Uitgebloeide bloemen wegnemen verlengt de bloeitijd nog eens extra GroenRijk.

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Cyclamen zijn knolgewassen die volledig zijn aangepast aan de hete, droge zomers en koude winters die in hun gebieden van herkomst heersen. Er zijn meer dan twintig verschillende soorten wilde Cyclamen bekend uit een gebied dat loopt van Spanje en Marokko tot Griekenland en Turkije/Syrië. In die laatste twee gebieden komen de meeste soorten in het wild voor. De knollen gaan ’s zomers in rust. Ze groeien liefst wat beschaduwd onder struiken en bomen. Van fel zonlicht houden ze niet. Pas als het licht wat minder fel wordt, komen de bloemen tot ontwikkeling. Bij de Patio Cyclamen is dat in de herfst, maar er zijn ook soorten die in het voorjaar bloeien.

Achterovergevouwen bloemblaadjes

Cyclamenbloemen staan geknikt aan de steeltjes boven het blad en hebben hun bloemblaadjes achterover naar boven omgevouwen, waardoor de stamper en meeldraden onderaan uithangen en zich ontbloten voor bestuiving door bezoekende insecten. Die komen op de verrukkelijke, zachte, zoete nectargeur af. Patio Cyclamen bloeien meestal in pasteltinten: lila, roze, zalmroze, maar ook in paars, rood en wit. De bloemen verschijnen boven vaak verrassend fraai, zilver getekend (gemarmerd) groen blad dat meer of minder duidelijk hartvormig is (het lijkt soms wel wat op klimopblad of is bijna rond). De verschillende bladvormen stammen van diverse soorten die in de loop der tijd door de kwekers met elkaar zijn gekruist.

Buiten of binnen – het kan allebei

Vanwege de fragiele schoonheid en de heerlijke, zoete honinggeur van cyclamen (ze geuren niet allemaal even sterk), is het heel leuk om te proberen de planten zo hoog te planten of te plaatsen dat direct oog- en neuscontact mogelijk is. Dat geldt zeker voor de relatief forse planten die GroenRijk nu aanbiedt. Je kunt ze heel goed in een leuke pot of bak planten. Patio Cyclamen zijn midi-cyclamen die speciaal zijn gekweekt om buiten op een aantrekkelijke plek op je terras of balkon te zetten. Maar ook  in de kamer bloeien ze graag! Zolang ze maar niet de hele dag in de volle zon staan. Als je de knollen zelf opnieuw inplant (bijv. in je tuin), moet je dat voorzichtig doen. Plant ze ca. 3 cm diep en iets schuin. Dan kan er nooit water op blijven staan en zullen de knollen niet gauw gaan rotten. Patio Cyclamen houden van iets kalk in de grond. Die grond moet goed voedzaam zijn (lemige grond is het beste). Meng daarom bij het inplanten wat compost door de grond. Strooi ieder jaar opnieuw wat kalk bij de knollen.

Wat is een Patio Cyclaam

• Een midi-cyclaam die het ook in pot, mand en bak prima doet; die heel lang en aan één stuk doorbloeit van eind augustus tot de vorst invalt; met bloemen in prachtige pasteltinten.
• Een  plant met mooi gemarmerd, fijn blad, die maar heel weinig verzorging vraagt.

Eenvoudige verzorging

Van felle zon houdt je Patio Cyclaam niet. Zet de pot of bak daarom in lichte schaduw, bijvoorbeeld in de wisselende schaduw onder  het blad van andere planten. Of op een licht beschaduwde plaats in huis. GroenRijk heeft passende sierpotten genoeg om uit te kiezen. Zorg dat de grond in de bak of pot niet uitdroogt, maar er mag ook na het gieten of een regenbui geen water in blijven staan. Er moet dus een drainagegat in de pot of bak zitten. Voor binnen is een pot met een losse onderschotel ideaal. Je hoeft geen plantenvoeding in het gietwater te doen. Giet niet op de knol zelf, maar er omheen.

In kort bestek

Een Patio Cyclaam is een bijzonder knolgewas dat rijk bloeit vanaf augustus tot de vorst invalt. De sierlijk knikkende, vaak zoet geurende bloempjes hebben omgeslagen bloemblaadjes in lila en lilaroze, paarse, rode of witte tinten. Het soms bijna hartvormige tot ronde, groene blad is vaak fraai zilvergemarmerd. De verzorging is uiterst eenvoudig. Ideaal voor de herfsttuin, op het balkon of terras en zelfs binnen als kamerplant.

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

De Garden Girls struikheidecombinatie ‘Trio’ bestaat uit drie mooie, sterke planten met een opgaande groeivorm, dus niet breed uithangend. Je kunt ze in hun kweekpot  (12 cm doorsnee) in een mooie overpot op je terras of balkon zetten, of ze in een terraspot overplanten (GroenRijk heeft pottenkeuze genoeg), of ze zelfs in de volle grond van je tuin planten. Daar kunnen ze jarenlang groeien. Lekker in de zon of in lichte schaduw. In wat zwaardere schaduw staan ze niet graag.  Maar de ‘Trio’ is bewust als decoratieve combinatie gekweekt. De planten zijn bij elkaar in hun pot opgegroeid. Haal ze daarom niet uit elkaar. Dan is het effect weg en je beschadigt de wortels. Het zijn meerjarige heestertjes waar je volgende jaren ook weer plezier van kunt hebben. Deze planten zijn namelijk winterhard genoeg om onze winters makkelijk te kunnen doorstaan. Zorg wel dat je ze (in tuin, pot of bak) in zure grond plant als je ze verplant. In zogenaamde heideplantengrond dus. GroenRijk heeft dat type grond voor je in voorraad. Of meng een flinke hoeveelheid tuinturf door de grond waarin je ze eventueel overplant. Alle struikheides hebben moeite met kalk in de grond.  Kalk  maakt het lastiger voor ze om voedsel uit de grond op te nemen. Het groene blad kan dan geel kleuren (chlorose) en de gezondheid van de planten gaat zienderogen  achteruit. Snoei je planten in maart om ze gezond en mooi van vorm te houden. Snoei er dan af wat er in een jaar is bijgegroeid. Het komt er in feite op neer dat je dan de oude bloeiwijzen wegsnoeit. Geef je ‘Trio’ na de snoeibeurt een goede organische bemesting, bijvoorbeeld compost of gedroogde koemestkorrels.

Nooit bemesten met stoffen waar kalk in zit, zoals beendermeel of vismeel. Struikheide ‘Trio’ verdraagt wel wat droogte, maar je kunt het beste zorgen dat de wortelkluit nooit helemaal uitdroogt. Dan gaat het goed. De grond waarin ze groeien, moet wel goed doorlatend zijn. Dat is vooral ’s winters van belang, omdat de wortels kunnen wegrotten in grond die te lang nat blijft. Overigens is je ‘Trio’, zoals gezegd, zeer winterhard.

Heel natuurlijk

Dat ‘knopbloeien’ is geen effect dat kwekers hebben ‘gemaakt’, het komt – dat noemden we al – ook bij de wilde Calluna’s voor. Alleen is het daarbij uitzondering en dat blijft het in de natuur ook omdat dit verschijnsel uiteraard de voortplanting in de weg staat. Kwekers zoeken juist dit soort verschijnselen op om speciaal door te kweken. Zo is het ook met de knopbloeiers gegaan. Al enkele jaren worden er in Europa miljoenen exemplaren met groot succes van gekweekt en verkocht. De knopbloeiende Calluna-lijn (de Garden Girls) waar de ‘Trio’ uit is samengesteld, werd in Noord-Duitsland ontwikkeld. De planten vallen onder kweekrechtbescherming en worden door speciaal gelicentieerde kwekers vermeerderd. Men is volop bezig steeds nieuwe rassen te ontwikkelen met nog meer nieuwe eigenschappen, waarbij aandacht voor kleur van blad en bloemen voorop staat. 

In kort bestek

Calluna vulgaris ‘Trio’ is een struikheidecombinatie  met drie verschillend gekleurde zogenaamde ‘knopbloeiers’ in één pot: de talloze roze, paarse en zilverwitte knoppen tonen volop kleur, maar bloeien niet verder open. Juist daardoor behouden ze hun kleur maandenlang! Deze sterke, winterharde heestertjes houden van zure grond en zijn heel makkelijk te verzorgen. Voor pot, tuin, balkon en terras. Meerjarig. Nu bij GroenRijk.

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Deze Spathiphyllum is sterk, bloeit prachtig en zuivert de lucht

De Spathiphyllum wordt ook wel lepelplant of zelfs vaantjesplant genoemd vanwege de vorm van de bloemen. De bijzondere cultivar (kweekvorm) die GroenRijk deze week speciaal aanbiedt, werd ‘Bellini’ gedoopt naar de Italiaanse componist Vincenzo Salvatore Carmelo Francesco Bellini die vooral bekend werd vanwege zijn dramatische opera’s. De diverse soorten van het geslacht Spathiphyllum stammen uit tropisch Zuid-Amerika. Het zijn vaste planten uit de regenwouden van het westelijke Amazonegebied. Daar groeien ze op de oerwoudbodem in de schaduw van de woudreuzen. Spatiphyllum’s behoren tot de familie van aronskelkachtigen (Araceae). Ze vormen glanzende bladeren en schitterende bloemen. Die bloemen bestaan uit een roomgele bloeikolf met daarachter van nature een roomwit tot zuiverwit schutblad. Ook bij ‘Bellini’. Wit valt in het donkere oerwoud namelijk extra op doordat het ieder lichtstraaltje wordt weerkaatst en dat lokt bestuivende insecten! De bloemen verschijnen aan hoge stengels boven het glanzende blad. Ze blijven vijf, zes weken mooi, daarna verwelken ze en kunnen ze worden afgeknipt, maar dan zijn er vaak alweer nieuwe gevormd. Spathiphyllum’s zijn prachtige designplanten die in ieder interieur passen, maar ze vormen een klasse apart door hun enorme luchtzuiverende vermogen.

Spathiphyllum’s maken de lucht die je inademt gezond

In je huis, op je werkplek of waar ook – als je er een lepelplant (Spathiphyllum) neerzet, gaat die meteen aan de slag met het zuiveren van de lucht in zijn omgeving. Hij haalt er via zijn bladeren de voor ons schadelijke fijne stoffen en gassen uit – die ademt hij in – en geeft daarvoor zuivere zuurstof terug. Uit proeven door de ruimtevaartorganisatie NASA (sinds 1973), het Nederlandse TNO en Wageningen University & Research is overduidelijk gebleken dat Spathiphyllum’s wat dat betreft tot de top-10 planten behoren. De kweker heeft er daarom een speciaal label voor bedacht: ‘Air so Pure’-planten. De planten hebben zelf geen last van voor ons schadelijke of belastende stoffen in de lucht zoals van huishoudelijke schoonmaakmiddelen, de dampen van elektrische apparatuur zoals computers, printers, kopieermachines, stofzuigers, lijm, verf, bindmiddelen enz. Integendeel, ze slaan ze op en van sommige stoffen staat vast dat ze er zelfs van groeien, zoals van CO2. Een Spathiphyllum helpt dus je huis of je werkplek gezonder te maken en vieze luchtjes weg te nemen.

Uit Zuid-Amerika

Spathiphyllum’s worden in het wild vooral in de oerwouden van Colombia en Venezuela aangetroffen. Er zijn meer dan tien wilde soorten bekend. Vooral met de soort Spathiphyllum wallisii zijn de kwekers volop aan de slag gegaan (in combinaties met andere soorten). Dat heeft onder andere geleid tot de planten uit de componisten- of muziekserie waar ook ‘Bellini’ toe behoort. Deze planten blinken uit door hun volle, compacte ontwikkeling en het grote aantal bloemen dat ze vormen. Spathiphyllum’s kunnen in principe in elk jaargetijde bloeien, maar het rijkst in het voorjaar, waarna ze aan het eind van de zomer opnieuw volop beginnen. Prachtig! De bloei duurt maandenlang en de planten kunnen jarenlang je huis sieren. Ook als bladplant zijn ze mooi. Doe uitgebloeide planten dus zeker niet weg, maar wacht gewoon en blijf ze verzorgen tot de bloei opnieuw begint. Hun luchtzuiverende werking gaat via het volgroene blad ondertussen gewoon door.

Spathiphyllum’s zijn makkelijk te verzorgen

Eén ding is belangrijk. Bedenk dat Spathiphyllum’s bodemplanten uit het schaduwrijke tropische oerwoud zijn. Zet je Spathiphyllum dus nooit in de volle zon, maar op een licht beschaduwde plek tot zelfs een plek in de halfschaduw. De beste temperaturen voor deze plant zijn de normale kamertemperaturen: niet lager dan 15 °C (ook ’s nachts niet) en niet veel warmer dan 23 °C. Geef je Spathiphyllum twee keer per week water. Zet een Spathiphyllum nooit op de tocht, dus laat ook geen deur van een kamer openstaan als je daar het raam opent om te luchten. Zorg dat de wortelkluit in de pot niet uitdroogt. In het oerwoud is de lucht vochtig. Vernevel daarom zo nu en dan (vooral ’s winters als de lucht droog is) water over het blad. Dat verbetert de luchtvochtigheid en voorkomt het bruin worden van de bladpunten. Geef je Spathiphyllum om de veertien dagen vloeibare voeding in het gietwater. ’s Winters – als de plant nauwelijks groeit –  is één keer per vier weken plantenvoeding geven genoeg. Haal uitgebloeide bloemen weg. Als je een Spathiphyllum wilt verpotten, is het voorjaar daarvoor de beste tijd. Je kunt dan beter niet  in gewone standaard potgrond verpotten, maar gebruik extra luchtige anthuriumaarde (GroenRijk heeft het voor je in voorraad). Je kunt de Spathiphyllum ook ’s zomers buiten zetten, maar dan wel op een beschutte plek in de halfschaduw. Vergeet ook dan niet water te geven.

De componisten/muziek-serie waar Spathiphyllum ‘Bellini’ toe behoort

Dit is een bijzondere reeks lepelplanten met onderling duidelijke verschillen, maar allemaal zijn het volle, compacte, groene planten die rijk en langdurig bloeien. De bloemkolven (met de eigenlijke bloempjes) verspreiden een prettige, zachte geur. De witte schutbladen achter die kolven zijn min of meer (soms groen-)gepunt en soms wat smaller of breder, ook wel iets gedraaid. Andere cultivars uit die serie zijn bijvoorbeeld ‘Strauss’, ‘Verdi’ en ‘Chopin’. 

TIP

De Spathiphyllum is een uitgesproken designplant. In combinatie met de juiste pot (GroenRijk biedt ook wat dat betreft keuze genoeg) past deze plant in ieder interieur, van klassiek tot high-tech en van retro tot techno. Daardoor is het ook een dankbaar cadeau.

In kort bestek

De lepelplant Spathiphyllum ‘Bellini’ behoort tot een soort uit het Zuid-Amerikaanse regenwoud met  glanzend groen blad en roomgele bloeikolven voor witte schutbladen. Ze kunnen maandenlang een paar keer per jaar bloeien. Eenvoudig te verzorgen. Hij filtert bovendien grote hoeveelheden schadelijke stoffen uit de lucht. Een ideale designplant in huis en op de werkplek. Nu bij het jubilerende GroenRijk (25 jaar in bloei) een absolute Jubileum-pakker: 1 + 1 gratis!

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

In de tuin verandert alles snel in oktober. De bomen laten hun blaadjes vallen en de zomerbloeiers en vaste planten zijn aan het eind van hun bloeiperiode. Zo niet de violen. Die vinden de lagere temperaturen juist prima en bloeien uitbundig tot de winter invalt.

Viooltje

In de volle grond, in bakken of potten op balkon of terras, de viool (Viola) bloeit overal maandenlang. In de winter bij flinke kou even iets minder, maar in het voorjaar gaat hij weer vrolijk door. Veredelaars en kwekers hebben de mooiste variëteiten gemaakt met gele, witte, roze, blauwe, oranje en rode kleuren. Violen met ogen, vlekken of gezichtjes maken het contrast in de bloem soms nog groter. Er zijn grootbloemige en kleinbloemige violen en tegenwoordig zien we ook meer dubbelbloemige variëteiten. Er zijn zelfs hangviolen die prachtig staan in een schaal of aan de muur in een zak. Mooie namen als Hollandse, Aalsmeerse of Zwitserse reuzen zijn alom bekend bij de grootbloemige violen en bij de kleinbloemige is de Viola cornuta erg populair.

Verzorging viooltje

Of het viooltje nou in de volle grond staat of in bakken, hij doet het eigenlijk overal.

Belangrijk is een standplaats in de halfschaduw tot volle zon. Zet de plant in voedzame grond en geef deze regelmatig water. Wanneer de temperatuur boven het vriespunt is blijft de viool flink doorgroeien en bloeien. De plant verlangt dan een keer per veertien dagen wat extra voeding. Ook door het wegnemen van uitgebloeide bloemetjes blijft de plant rijk bloeien. Nadat de bloei in het late voorjaar is afgelopen kunt u de violen weer vervangen door vrolijke eenjarige zomerbloeiers.

Meer informatie over violen en andere tuinplanten vindt u op Mooiwatplantendoen.nl.

Planten als indoor zuurstofvoorziening, dat is zowel eco als tech en helemaal van nu. Maak kennis met Team Zuiver Groen! 

Je eigen ecobrigade 

Met het najaar voor de deur wil je extra energie in huis om de donkere maanden door te komen. Enter Team Zuiver Groen: klimop (Hedera), krulvaren (Nephrolepis), potgerbera en lepelplant (Spathiphyllum) zijn niet alleen prachtig om te zien, ze hebben ook stuk voor stuk iets extra's te bieden. Potgerbera zuivert bijvoorbeeld  trichloorethyleen en benzeen uit de lucht. Krulvaren is een zuurstofleverancier. En Spathiphyllum en klimop zijn door NASA op de lijst gezet van meest luchtzuiverende woonplanten die er zijn. Allemaal extra redenen om ze in huis te halen, bovenop hun mooie, gevarieerde uiterlijk. 

Nieuwe harmonie 

Wat je met zuiver groen binnen haalt, is heel veel prachtig blad (glad, ruw, behaard) en bijzondere bloemen, van de gestileerde vaantjes van Spathiphyllum tot de geanimeerde kleuren van gerbera. Daarmee past dit stel prima in de woonstijl die draait om een gezonde lifestyle vol inspanning en ontspanning. De planten hebben hierin hun eigen rol als indoor zuurstofvoorziening en staat het mooist in een high tech basis. Kunststof met 3D-effecten en potten met geometrische patronen passen het best in deze stijl en versterken de actieve uitstraling.  

Fijnstofvangers 

Planten kunnen alle chemische stoffen die in de lucht zweven (zogenaamde vluchtige verbindingen) opnemen en omzetten in andere stoffen. Bekende ongezonde vluchtige stoffen in huis zijn formaldehyde, benzeen, tolueen, aceton, ammonia en verschillende soorten alcohol. Daarnaast zetten planten koolstofdioxide om in zuurstof en suikers en kunnen ze microscopisch kleine deeltjes fijnstof binden op hun bladeren. Zo reduceren ze de fijnstofconcentratie in de lucht.

Mini-kringloop 

Wil je een stapje verder gaan in het creëren van je eigen wellness-woning, dan zet je de bloempotten van je zuiver groen planten in decoratieve schalen met water, zodat het om hen heen kan verdampen. Het verhelpt meteen het droge binnenklimaat dat de centrale verwarming in deze tijd weer oplevert.  

Verzorging zuiver groen

• Zuiver groen staat graag licht, maar niet in de volle zon.
• Deze planten geven niet alleen veel energie, maar verbruiken ook aardig wat: de potkluit mag daarom altijd iets vochtig zijn. 
• Elke twee weken een scheutje plantenvoeding en ze groeien en bloeien optimaal. 

Allround groenmakers

Krulvaren en Spathiphyllum komen voor in tropische regenwouden en ook gerbera is van oorsprong een tropische schone, klimop groeit zo'n beetje overal behalve in de woestijn (maar toch vooral op het noordelijk halfrond). Voor allemaal geldt dat het vrij makkelijke planten zijn die bovendien over de nodige veerkracht beschikken. Gaan ze mokkend hangen en ben je er op tijd bij met de gieter, dan veren ze vanzelf weer op. 

Trivia zuiver groen 

• De reinigende werking van zuiver groen heeft plaats door middel van huidmondjes op de bladeren. 
• Klimop staat symbool voor doorzetten, doorgroeien, tegen de klippen op.  
• Zuiver groen is ook een aanwinst voor op kantoor en in klaslokalen.
• Niet alleen meubels, verf en apparaten als printers vervuilen de lucht binnen, ook de menselijke ademhaling draagt daar aan bij, met de uitstoot van aceton , ethanol, methanol en ethylacetaat. Zuiver groen helpt dat allemaal uit de lucht te filteren. 

De sterke Dracaena ‘Bicolor’ heeft prachtig gekleurd, gestreept blad en past in elke woonstijl

De Dracaena marginata ‘Bicolor’ heeft een enorm aantrekkelijke, bijna exotische, sterke vorm en is daarmee een uitgesproken designplant voor ieder type interieur, van klassiek tot retro en techno. Het is bovendien een makkelijk te verzorgen plant die GroenRijk speciaal deze week met twee maten in één pot aanbiedt. Heel decoratief! Deze Dracaena vraagt bovendien weinig onderhoud, stelt weinig eisen (is heel gauw tevreden) en heeft prachtig bont blad (groen met smalle bordeauxrode randjes). De vorm van de plant doet aan palmen of ananassen op stam denken. Dracaena-soorten komen voor van de Canarische tot de Kaap-Verdische eilanden in de Atlantische Oceaan, in grote delen van tropisch west- en oost-Afrika en Madagascar, in zuid-Azië en op eilanden in de Indische Oceaan. Alle Dracaena’s behoren tot de familie der lelieachtigen (Liliaceae). De soort Dracaena marginata waar de cultivar ‘Bicolor’ toe behoort, stamt van het tropische vulkanische eiland Réunion ten oosten van Madagascar in de Indische Oceaan. Het fraai in de lengte gestreepte, puntige, lancetvormige blad van ‘Bicolor’ is behalve heel mooi ook op een andere manier heel aantrekkelijk. Via die toef glanzende bladeren aan de top van het stammetje zuivert deze plant namelijk ook de lucht in de ruimte waar hij staat (van voor ons gevaarlijke stoffen) en brengt hij vocht in de lucht.

De ontwikkeling van deze Dracaena

Jonge planten hebben de vorm van een bos opstaande, sierlijk overhangende bladeren. Ieder jaar groeit die bladertoef naar boven toe uit en vormt zich daaronder een stammetje dat steeds langer wordt. Op een gegeven moment kan deze zich ook gaan vertakken en vormen zich meer toeven bladeren aan de einden. Als de plant zo ver is, begint hij al aardig volwassen te worden en kan hij ook gaan bloeien. Er ontstaat dan uit een plek vlak naast de groeikern een bloeistengel met losse trossen groene tot roomkleurige bloemen die heerlijk kunnen geuren. Er kan dan ook zaad worden gevormd. Dracaena ‘Bicolor’ kan heel oud en hoog worden, dus misschien ga je dat met jouw exemplaar nog beleven. Overigens is de ‘Bicolor’ die je nu bij GroenRijk koopt, niet uit zaad ontstaan, maar opgekweekt uit ‘droge’ stengelstukken – een soort stekken die ‘Ti-plant’ worden genoemd – die, als ze in speciaal geprepareerde aarde worden gestoken, bij temperaturen van 21-24 °C bewortelen en dan ook bladeren gaan vormen. Dat is ook bij bonte soorten en cultivars eerst groen. De speciale bladkleuren ontstaan pas als het geheel wat ouder is.

De verzorging van je Dracaena

Zet je ‘Bicolor’ op een iets beschaduwde tot lichte plek, maar absoluut niet in fel, direct zonlicht. De bladeren verschroeien/verbranden anders gemakkelijk. Als je de plant op een te donkere plek zet, kan het zijn dat de bladkleur lichter wordt. Zet hem dan wat lichter. In een wat lichtere ruimte zal je Dracaena sneller groeien. ‘Bicolor’ houdt van gewone kamertemperaturen (16-24 °C), de minimum-nachttemperatuur mag ook ’s winters niet beneden de 12 °C zakken. Dracaena’s houden niet van langdurig ‘natte voeten’. Zorg dat de pot waarin je ze zet, goed draineert (een gat onderin). Een teveel aan water moet echt weg kunnen, want Dracaena’s zijn gevoelig voor wortelrot. Zet de pot liefst op een schotel en giet overtollig gietwater af. Dat kun je weer bij andere planten gebruiken. Geef één keer per week lauwwarm water. Geef tijdens de groeiperiode – van begin lente tot einde herfst – iedere maand een lichte dosis kamerplantenvoeding in het gietwater. Het is ook aan te raden om vooral ’s winters – als de lucht in huis erg droog is – het blad wekelijks met lauwwarm water te besproeien. Daarmee verwijder je meteen ook het stof van het blad, waardoor de luchtzuiverende werking van je Dracaena ‘Biocolor’ optimaal blijft. Ook het zo nu en dan met een natte spons afnemen van de bladeren wordt zeer op prijs gesteld.  Een ideale luchtvochtigheid is 40-60% op de hygrometer.

Dracaeana’s kunnen heel oud worden. Dus zul je op een gegeven moment moeten verpotten

Dat hoeft pas als de planten met hun wortels de pot helemaal hebben gevuld. Doe het in de lente als de groei weer begint.  Kies een iets grotere pot (met drainagegat) en vul rond de wortelkluit op met een aardemengsel voor kamerplanten (dat heeft GroenRijk voor je). Het is voor de afwatering handig als je een laagje grind onder in de pot aanbrengt.

Dracaena’s  worden ook wel drakenbomen of drakenbloedbomen genoemd

Die naam komt van het Griekse woord drakaina, wat vrouwelijke draak of slang betekent. Er bestaan tientallen soorten van. Vroeger werden ook de Cordyline’s tot de Dracaena’s gerekend. Ze lijken inderdaad wel wat op elkaar, maar men kwam erachter dat er toch grote verschillen zijn. Dracaena’s bijvoorbeeld hebben geelachtige (soms zelfs oranje) wortelstokken. Ze vormen geen uitlopers. Codyline’s doen dat wel en die hebben witte wortels.  

De beroemdste drakenbloedboom ter wereld

Dat is ‘El Drago Milenario’ in het stadje Icod de los Vinhos op de zuidwestelijke helling van de Teide-vulkaan op het Canarische eiland Tenerife. Deze boom wordt ‘Milenario’– de duizendjarige – genoemd, maar hij is ‘pas’ vierhonderd jaar oud. Hij ziet eruit als een paddenstoelvormige, hoge boom, maar het is geen boom. Het is – dat noemden we al – een lelieachtige plant (van de soort Dracaena draco) in een enorme maat. Als de stam wordt verwond, stroomt daar wit sap uit dat aan de lucht oranjerood verkleurt. Vandaar de naam ‘drakenbloedboom’. De grotten bewonende oerbewoners van Tenerife – de Guanchen – balsemden er hun doden mee. Vroeger groeiden er veel meer exemplaren van deze ‘boom’soort op Tenerife en elders. Vrij recent zijn ze ook aangetroffen in Marokko.

TIP

Dracaena ‘Bicolor’ vindt het heerlijk om ’s zomers lekker in een regenbui buiten te staan. Dek de potkluit dan wel af met folie om te sterke inwatering te voorkomen.

In kort bestek

Deze week heel speciaal bij GroenRijk: Dracaena marginata ‘Bicolor’, een prachtige sterke drakenboom of drakenbloedboom in twee maten bij elkaar in één pot. De ‘kronen’ smalle bladeren boven de ranke stammen zijn groen met smalle rode randjes. Heel decoratief! Deze Dracaena is zeer sterk, kan heel oud worden, is makkelijk te verzorgen en past in iedere interieurstijl. Hij zuivert bovendien met zijn bladeren de lucht in de ruimte waar hij staat! Een echte aanrader!

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Deze Spathiphyllum is sterk, bloeit prachtig en zuivert de lucht

De Spathiphyllum wordt ook wel lepelplant of zelfs vaantjesplant genoemd vanwege de vorm van de bloemen. De bijzondere cultivar (kweekvorm) die GroenRijk deze week speciaal aanbiedt, werd ‘Bellini’ gedoopt naar de Italiaanse componist Vincenzo Salvatore Carmelo Francesco Bellini die vooral bekend werd vanwege zijn dramatische opera’s. De diverse soorten van het geslacht Spathiphyllum stammen uit tropisch Zuid-Amerika. Het zijn vaste planten uit de regenwouden van het westelijke Amazonegebied. Daar groeien ze op de oerwoudbodem in de schaduw van de woudreuzen. Spatiphyllum’s behoren tot de familie van aronskelkachtigen (Araceae). Ze vormen glanzende bladeren en schitterende bloemen. Die bloemen bestaan uit een roomgele bloeikolf met daarachter van nature een roomwit tot zuiverwit schutblad. Ook bij ‘Bellini’. Wit valt in het donkere oerwoud namelijk extra op doordat het ieder lichtstraaltje wordt weerkaatst en dat lokt bestuivende insecten! De bloemen verschijnen aan hoge stengels boven het glanzende blad. Ze blijven vijf, zes weken mooi, daarna verwelken ze en kunnen ze worden afgeknipt, maar dan zijn er vaak alweer nieuwe gevormd. Spathiphyllum’s zijn prachtige designplanten die in ieder interieur passen, maar ze vormen een klasse apart door hun enorme luchtzuiverende vermogen.

Spathiphyllum’s maken de lucht die je inademt gezond

In je huis, op je werkplek of waar ook – als je er een lepelplant (Spathiphyllum) neerzet, gaat die meteen aan de slag met het zuiveren van de lucht in zijn omgeving. Hij haalt er via zijn bladeren de voor ons schadelijke fijne stoffen en gassen uit – die ademt hij in – en geeft daarvoor zuivere zuurstof terug. Uit proeven door de ruimtevaartorganisatie NASA (sinds 1973), het Nederlandse TNO en Wageningen University & Research is overduidelijk gebleken dat Spathiphyllum’s wat dat betreft tot de top-10 planten behoren. De kweker heeft er daarom een speciaal label voor bedacht: ‘Air so Pure’-planten. De planten hebben zelf geen last van voor ons schadelijke of belastende stoffen in de lucht zoals van huishoudelijke schoonmaakmiddelen, de dampen van elektrische apparatuur zoals computers, printers, kopieermachines, stofzuigers, lijm, verf, bindmiddelen enz. Integendeel, ze slaan ze op en van sommige stoffen staat vast dat ze er zelfs van groeien, zoals van CO2. Een Spathiphyllum helpt dus je huis of je werkplek gezonder te maken en vieze luchtjes weg te nemen.

Uit Zuid-Amerika

Spathiphyllum’s worden in het wild vooral in de oerwouden van Colombia en Venezuela aangetroffen. Er zijn meer dan tien wilde soorten bekend. Vooral met de soort Spathiphyllum wallisii zijn de kwekers volop aan de slag gegaan (in combinaties met andere soorten). Dat heeft onder andere geleid tot de planten uit de componisten- of muziekserie waar ook ‘Bellini’ toe behoort. Deze planten blinken uit door hun volle, compacte ontwikkeling en het grote aantal bloemen dat ze vormen. Spathiphyllum’s kunnen in principe in elk jaargetijde bloeien, maar het rijkst in het voorjaar, waarna ze aan het eind van de zomer opnieuw volop beginnen. Prachtig! De bloei duurt maandenlang en de planten kunnen jarenlang je huis sieren. Ook als bladplant zijn ze mooi. Doe uitgebloeide planten dus zeker niet weg, maar wacht gewoon en blijf ze verzorgen tot de bloei opnieuw begint. Hun luchtzuiverende werking gaat via het volgroene blad ondertussen gewoon door.

Spathiphyllum’s zijn makkelijk te verzorgen

Eén ding is belangrijk. Bedenk dat Spathiphyllum’s bodemplanten uit het schaduwrijke tropische oerwoud zijn. Zet je Spathiphyllum dus nooit in de volle zon, maar op een licht beschaduwde plek tot zelfs een plek in de halfschaduw. De beste temperaturen voor deze plant zijn de normale kamertemperaturen: niet lager dan 15 °C (ook ’s nachts niet) en niet veel warmer dan 23 °C. Geef je Spathiphyllum twee keer per week water. Zet een Spathiphyllum nooit op de tocht, dus laat ook geen deur van een kamer openstaan als je daar het raam opent om te luchten. Zorg dat de wortelkluit in de pot niet uitdroogt. In het oerwoud is de lucht vochtig. Vernevel daarom zo nu en dan (vooral ’s winters als de lucht droog is) water over het blad. Dat verbetert de luchtvochtigheid en voorkomt het bruin worden van de bladpunten. Geef je Spathiphyllum om de veertien dagen vloeibare voeding in het gietwater. ’s Winters – als de plant nauwelijks groeit –  is één keer per vier weken plantenvoeding geven genoeg. Haal uitgebloeide bloemen weg. Als je een Spathiphyllum wilt verpotten, is het voorjaar daarvoor de beste tijd. Je kunt dan beter niet  in gewone standaard potgrond verpotten, maar gebruik extra luchtige anthuriumaarde (GroenRijk heeft het voor je in voorraad). Je kunt de Spathiphyllum ook ’s zomers buiten zetten, maar dan wel op een beschutte plek in de halfschaduw. Vergeet ook dan niet water te geven.

De componisten/muziek-serie waar Spathiphyllum ‘Bellini’ toe behoort

Dit is een bijzondere reeks lepelplanten met onderling duidelijke verschillen, maar allemaal zijn het volle, compacte, groene planten die rijk en langdurig bloeien. De bloemkolven (met de eigenlijke bloempjes) verspreiden een prettige, zachte geur. De witte schutbladen achter die kolven zijn min of meer (soms groen-)gepunt en soms wat smaller of breder, ook wel iets gedraaid. Andere cultivars uit die serie zijn bijvoorbeeld ‘Strauss’, ‘Verdi’ en ‘Chopin’. 

TIP

De Spathiphyllum is een uitgesproken designplant. In combinatie met de juiste pot (GroenRijk biedt ook wat dat betreft keuze genoeg) past deze plant in ieder interieur, van klassiek tot high-tech en van retro tot techno. Daardoor is het ook een dankbaar cadeau.

In kort bestek

De lepelplant Spathiphyllum ‘Bellini’ behoort tot een soort uit het Zuid-Amerikaanse regenwoud met  glanzend groen blad en roomgele bloeikolven voor witte schutbladen. Ze kunnen maandenlang een paar keer per jaar bloeien. Eenvoudig te verzorgen. Hij filtert bovendien grote hoeveelheden schadelijke stoffen uit de lucht. Een ideale designplant in huis en op de werkplek. Nu bij het jubilerende GroenRijk (25 jaar in bloei) een absolute Jubileum-pakker: 1 + 1 gratis!

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Wintergroen

Rode sluiervarens behouden hun blad tijdens de winter. Vanaf de lente kleurt het rood uitgelopen blad steeds meer naar allerlei groene tinten (van licht tot donker). De mooiste bladkleuren ontstaan op een plek in de halfschaduw. Als er na de winter dood of wat lelijk geworden blad aan de planten zit, kun je dat wegknippen. Er volgt vanzelf nieuw blad. De bladeren zijn dubbel geveerd (de deelbladeren aan de hoofdnerf zijn zelf ook weer in kleinere blaadjes opgedeeld), ze glanzen in het licht en lopen vrij laat in het voorjaar uit. Volwassen bladeren zijn aan de onderzijde bezet met felrode sporenhoopjes. Rode sluiervarens woekeren niet. Ze zijn polvormend en breiden zich dus niet sterk uit. De plant neemt wel ieder jaar wat in omvang toe.

Verzorging

De rode sluiervaren houdt van een plek in halfschaduw tot schaduw in niet te natte (dus goed doorlatende), goede tuingrond. Deze varen hoeft niet per se in zure grond te groeien. De grond mag ook pH-neutraal tot zelfs licht kalkhoudend zijn. Maar wel humusrijk. Als je grond minder humus bevat kun je er bij het inplanten het beste potgrond doorheen bijmengen. De standplaats moet liefst wat beschut zijn (bijvoorbeeld als onderbeplanting tussen en bij heesters). Hoe beschutter des te beter het groenblijvende blad de winter doorstaat. Zorg wel dat de grond waarin ze staan altijd iets vochtig blijft. Rode sluitervarens hebben vrijwel geen last van ziekten of ongedierte. Geef in het voorjaar een goede, organische basisbemesting, bijvoorbeeld een laagje compost bij de planten. Geef geen kunstmest of sterk kalkhoudende mest.

Een fascinerend voortplantingsproces

Varens behoren tot de zogenaamde hogere planten, maar ze vormen geen bloemen of zaden, wel sporen. Aan de bladonderzijden worden sporenhoopjes gevormd. De sporen die daarin worden gevormd (een soort minuscule korreltjes) worden als ze rijp zijn uit de sporendoosjes weggeslingerd en door de wind verspreid. Als ze ergens neerkomen waar ze goed kunnen kiemen, doen ze dat. Maar uit zo’n spoor groeit nog geen nieuwe varen, want sporen bezitten maar de helft van de daarvoor benodigde chromosomen. Om een varen te vormen is er een tussenstadium nodig, het zogenaamde prothallium of de voorkiem. Dat is een plat, groen wezentje dat zich met een soort worteltjes aan de bodem bevestigt en al voedsel opneemt en dus iets groeit. Er ontwikkelen zich dan aan de onderzijde vrouwelijke geslachtsorganen en tussen de worteltjes manlijke. Allebei met opnieuw de helft van de chromosomen. De manlijke geslachtsorganen vormen beweeglijke voortplantingscellen die losraken en via een laagje vocht naar de eicellen in de vrouwelijke organen zwemmen. Die eicellen worden dan dus bevrucht en hebben dan het volledige aantal chromosomen dat nodig is om er een nieuwe varenplant uit te laten groeien. Als die nieuwe varenplant zover is gegroeid dat hij zelfstandig verder kan leven, sterft het prothallium. Die is dan niet meer nodig. Nog even over die sporenhoopjes waarmee alles begint: iedere varensoort is herkenbaar aan de bijzondere vorm van die hoopjes.

Toepassing

Rode sluiervarens zijn ideaal in de onderhoudsarme tuin. Staat hij eenmaal ergens, bijvoorbeeld in een bostuin, schaduwtuin of andere natuurlijke tuin, maar in borders in formele tuinen in de halfschaduw kan ook, laat hem daar dan lekker met rust en rustig groeien. Hij zal niet hoger worden dan 45-60 cm en langzaam in omvang toenemen. Ook als kuipplant op een beschaduwde hoek van het terras zal hij het goed doen. Deze plant heeft bovendien geen last van wat vervuilde stads- of industrielucht, wel van erg zoute lucht. Het is geen plant voor een tuin vlak bij zee Als de plant eenmaal goed is gevestigd op zijn groeiplek zal hij zelfs tijdelijk drogere omstandigheden goed doorstaan, hoewel hij het liefst steeds een beetje vochtig – niet te nat – heeft. Plant voor onderbeplanting ca. 5 planten per vierkante meter (ca. 45 cm tussenruimte).

In kort bestek

De schitterende rode sluiervaren (Dryopteris erythrosora) is een wintergroene varen waarbij het nieuwe blad in het voorjaar met koperrode tot felrode tinten uitloopt. Goed winterhard. Ideaal in schaduwrijke omstandigheden, bijvoorbeeld onder en tussen heesters. Zeer onderhoudsarm. Vraagt humusrijke, goed doorlatende, maar wel iets vochtig blijvende grond. Verdraagt vervuilde industrie- en stadslucht. Ca. 50 cm hoog. Woekert niet. Nu bij GroenRijk!

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl

Schijnhulst (Osmanthus) is een groenblijvende heester die, zoals de naam al doet vermoeden, op hulst lijkt. Met z’n aantrekkelijke bladtekening en de belofte van geurende witte bloemetjes in de lente verdient deze plant het predikaat Tuinplant van de Maand november.

Schijnhulst

Tuinplant van de Maand november: SchijnhulstSchijnhulst komt net als de olijf uit de familie van de Oleaceae. Het is een wintergroene, bladhoudende heester. De planten komen vooral uit China, Japan en het Himalayagebergte. Ze vragen om weinig snoeiwerk en blijven compact, dus ideaal voor op het balkon en terras. De Osmanthus x burkwoodii is ontstaan uit een kruising van twee schijnhulstsoorten. De plant heeft heerlijk geurende witte bloemen. Andere schijnhulstsoorten zijn vooral aantrekkelijk om hun bladtekening en bladkleur en daarom ook in november goed in de tuin te planten. Osmanthus heterophyllus komt in een aantal cultivars voor, waarvan vooral ‘Tricolor’, ‘Variegatus’ en ‘Goshiki’ bekend zijn. Door zijn herkomst en uitstraling is de plant goed toe te passen in oosterse tuinen, gecombineerd met andere tuinplanten uit die gebieden zoals Skimmia en Pieris.

Verzorging schijnhulst

Schijnhulst is bijzonder goed winterhard en staat graag in zowel de volle zon als in halfschaduw en zelfs schaduw. Een normale humusrijke grond vindt de schijnhulst prettig om in te groeien, niet te nat en niet te droog. Geef de plant, om hem gezond te houden, in het voor- en najaar een mengmeststof. Wanneer u schijnhulst op het juiste moment snoeit kan hij jaren mee. Bij te vroeg in de winter snoeien kunnen de takken invriezen. Belangrijk dus om daar voorzichtig mee om te gaan.

Snoeitips schijnhulst

Schijnhulst groeit niet zo snel. Eigenlijk is snoeien alleen nodig als de plant te groot wordt of als er lelijke of dode takken aan zitten. De beste snoeiperiode is eind februari of begin maart. Wanneer u de schijnhulst als haag gebruikt dan is jaarlijks snoeien in juni en september aan te bevelen. De Osmanthus burkwoodii kan het beste na de bloei in mei/ juni gesnoeid worden, zodat u nog kunt genieten van de heerlijk geurende bloemen.

De Areca-palm groeit langzaam en vormt een uitdijende bos stengels die vanuit de wortels verschijnen en op den duur stammetjes kunnen vormen (maar dat duurt echt heel lang). De plant kan heel oud worden. In onze woonkameromstandigheden groeit hij gemiddeld met 10-15 cm per jaar en zal hij regelmatig oude bladeren afstoten en nieuwe vormen. Op de stammetjes die zich vormen blijven de aanhechtingen van de oude bladeren als een soort lidtekens achter. Heel decoratief. In tropische en subtropische gebieden is het een graag geziene tuinplant die zich makkelijk aan allerlei omstandigheden aanpast. Bij ons is het een prachtige kamerplant die in ieder interieurtype past (modern en klassiek), maar ’s zomers naar buiten mag. Het is een tropische plant. Hij verdraagt geen temperaturen beneden de 13 °C (ook ’s nachts niet). De beste temperatuur voor de Areca-palm ligt tussen de 18 en 24 °C. Gewone kamertemperaturen zijn dus prima.

Eenvoudige verzorging

Deze Areca-palm staat graag licht, maar niet de hele dag in de felle zon. De temperatuur op de standplaats mag dus niet te laag worden, maar te heet is ook niet goed. ’s Winters kan de plant wel de volle zon hebben. De lichtsterkte is dan veel minder. Zet hem dan dus gerust in een serre waar de volle zon op staat, maar ’s zomers zal daar moeten worden geschermd. Als je hem ’s zomers buiten zet, moet dat ook op een plek waar niet de hele dag de volle zon op staat.

Zorg dat de potkluit altijd vochtig blijft (ook ’s winters). De plant houdt niet van ‘natte voeten’, maar geef wel royaal water op de wortels en laat dat rustig uitlekken. Dat lekwater kun je dan naderhand weggooien of bij andere planten geven. Een flinke pot met onderschotel is bij deze plant daarom heel handig. Pas de watergift afhankelijk van de heersende temperatuur een beetje aan. Bij wat lagere temperaturen minder water geven. Een volwassen  plant verdampt als hij wat ‘groter is gegroeid’ (hij zal dan ca. 180 cm hoog zijn en in een pot van minstens 40 cm doorsnee staan) gemakkelijk 1 liter water per dag bij normale kamertemperaturen. Het is daarmee dus ook een uitstekende luchtbevochtiger, als hij zelf tenminste voldoende water krijgt.

Geef je Areca-palm om de paar jaar – in het voorjaar – een ruimere pot en vul de wortelkluit dan aan met verse, voedzame potgrond.

Geef in de groeiperiode van de plant (van voorjaar tot herfst) om de veertien dagen wat vloeibaar plantenvoedsel in het gietwater (kies in dit geval plantenvoeding voor groene planten). Een goede luchtvochtigheid wordt ook op prijs gesteld, dus zo nu en dan lekker even het blad besproeien is prima. Daarmee haal je ook het stof van het blad!  Het is een sterke plant. Als je hem verzorgd zoals beschreven, kan hij generaties-lang mee gaan.

Opvallende bloei

Hoewel de Areca-palm als groene design- en bladplant wordt beschouwd, kan hij wel degelijk prachtig bloeien. Tussen de grote bladeren (met wel 40-60 smalle deelbladen aan weerszijden van de middennerf) verschijnen dan trossen gele bloemen die daarna besachtige vruchten vormen waar in de tropen vogels graag van eten (dat kan dus ook gebeuren als je de plant ’s zomers buiten zet). Uit de bessen kun je ook nieuwe planten opkweken. De kwekers vermeerderen de planten meestal door jonge grondscheuten los te nemen en apart op te kweken.

Een echte luchtzuiveraar

De Areca-palm staat erom bekend dat hij vervuilde licht zuivert door de ongewenste deeltjes eruit te filteren. Het is wat dat betreft zelfs een van de best werkende planten. Om die reden is deze palm ook heel geschikt om in kantoor- en andere werkomgevingen te worden toegepast. De plant neemt de onzuivere deeltjes via het blad op en maakt daar bouwstof voor zichzelf van. Hij heeft er zelf geen last van. Heel bekend is dat de Areca-palm met name gasvormige stoffen zoals xyleen en tolueen, benzeen en formaldehyde uit de lucht wegzuivert. Dit is o.a. gebleken uit onderzoek door de NASA. Deze palm komt qua luchtzuivering als beste uit de bus in het boek ‘How to Grow Fresh Air’ van NASA-onderzoeker dr. B.C. Wolverton die tientallen planten heeft getest voor toepassing in afgesloten ruimten met circulaire luchtzuivering, zoals in ruimtestations. Als tweede eindigde de stokpalm (Rhapis excelsa).

Echte Areca-palmen

Nederlanders met een Indische achtergrond kennen nog wel een echte Aziatische Areca-soort, namelijk de betelpalm (Areca catechu). Het is de palm die bij het ‘sirih-pruimen’ wordt gebruikt. Daarvoor worden de betelnoten  fijngehakt en met wat kalk en andere stoffen (gambir) in een stukje betelblad verpakt. Daar wordt op gekauwd. Het heeft een opwekkende werking, maar het kleurt de tanden rood.

In kort bestek

De Areca-palm (Dypsis lutescens) uit Madagascar is een prachtige design-plant voor je living en werkplek, die de lucht zuivert van schadelijke stoffen. Deze tropische, altijdgroene palm kan bovendien met grote gele trossen bloeien en vormt lange, sierlijke, veerachtige bladeren van wel een meter lang. Hij kan een hoge leeftijd bereiken en de verzorging is eenvoudig. Past in elk interieur (klassiek of modern). Nu bij GroenRijk!

Kijk voor meer informatie op groenrijk.nl